Wel vroeg ze me de boel te beschrijven en te taxeren.
Er zaten ook een paar munten van ƒ 50,- bij. Op de vraag wat die waard waren, zei ik "de zilverpijs" (ruim een tientje). Een handelaar zal ze voor nog minder inkopen en een verzamelaar zal er misschien net iets meer voor geven. Maar zelfs voor een proof muntje van ƒ 50,- zul je maximaal € 20.- krijgen. Minder dan de nominale waarde (€ 22,68).
Mijn vriendin vroeg me toen wat een biljet van ƒ 50,- eigenlijk waard is. En dat is wel interessant, want zelfs voor een vodje betaal je nog minimaal de nominale waarde; waarschijnlijk puur en alleen omdat ze nog bij DNB kunnen worden ingewisseld.
Dus, de conclusie is dat een stukje papier meer waard is dan een blokje zilver, terwijl dat blokje zilver veel mooier is (proof) dan dat vodje en terwijl er van die flapjes van ƒ 50,- meer exemplaren zullen zijn dan van de muntjes van ƒ 50,-.
Bizar, toch
